"Wat is hier toch ingewikkeld aan?" staat er boven dit 12-delige artikel over het "totalitaire regime" in de Nieuw-Apostolische Kerk (in Nederland) waarmee een betrekkelijk kleine "geestelijke elite" de touwtjes strak in handen houdt. De hoogste dienaren binnen "de kring der dienaren" blijken exponenten te zijn van een machtsbestel dat zichzelf in stand houdt door met zachte stem doch harde hand te regeren. Het ingewikkelde aan dit onderwerp is dat men diens eigen ogen moet willen geloven wanneer kerkleiders zich op die manier manifesteren als "advocaten van de duivel". Immers, men komt niet op voor de eerlijke of de oprechte, voor de zieke of het slachtoffer; integendeel, men laat zichzelf door anderen hoogachten en prijzen! Gemaakte fouten wenst men niet onder ogen te zien, laat staan de gevolgen daarvan recht te zetten. Men doet zelfs alle moeite om misslagen te verhullen, zoals bij het project "Eimersstaete" in Arnhem.
Waarom gaan er dan tóch nog mensen naar deze kerk? Dat is eenvoudig te verklaren want in de plaatselijke kerkgemeenten valt er relatief weinig van te merken hoe het er in werkelijkheid soms aan toegaat in de hoogste kringen. Het wordt pas problematisch wanneer voorgangers te veel initiatieven tonen, wanneer gelovigen te veel vragen stellen, wanneer er onvoldoende "verschuldigde eerbied" aan de dag wordt gelegd tegenover "hooggeplaatsten" of wanneer irritaties op andere wijze oplopen. Dan zien de hooggeplaatsten kans om betrokkenen in eerste instantie fijntjes terecht te wijzen. Zoiets kan zich eventueel nog een keer herhalen, maar daarna wordt het menens: altijd zullen het "de Godsgezanten" zijn die aan het langste eind trekken en hierbij zullen dezen worden gesteund door de hen ten dienste staande "lagere dienaren". Voor een verongelijkt individueel gemeentelid is het dan kiezen of delen: slik ik dit, of niet!
Een dergelijke ongemakkelijke situatie kan zich voordoen na 20 jaar, na 40 jaar en zelfs na 60 trouwe dienst aan "de gemeenschap". Er kan er maar één de baas zijn; er kan er maar één gelijk hebben en maar één kan er rekenen op helpende hulp van een ander. Opeens kunnen dan "je vrienden", je vermeende geestverwanten, niet langer ook je bondgenoten zijn. Dat nadeel heeft in zoverre ook een voordeel, namelijk: je leert je ware vrienden kennen - na 20 jaar, na 40 jaar en zelfs na 60 trouwe dienst aan "de gemeenschap"! Niettemin mag het duidelijk zijn dat men dan een wel zeer bittere pil heeft weg te slikken. Onder die bedroevende omstandigheden wordt echter het derde couplet bewaarheid van het lied "Welk een Vriend is onze Jezus" want de woorden daarvan luiden: "Is soms "tranenbrood" de spijze, doornenvol ons levenspad, (...), zijn van vrienden wij verlaten en de vijand zoekt ons leed, o, dan is ons Jezus alles: Koning, Priester en Profeet."
Zielen die op zo'n manier een lijdensweg wacht, treft tot op zekere hoogte ook een isolement. Men raakte immers onthecht van de gemeenschap toen het daar onherbergzaam werd doordat veiligheid en geborgenheid wegvielen. De ongenaakbare Godsgezanten bleken alleen maar hoge functionarissen te zijn; vertegenwoordigers van een wereldmacht. Zo laat men zich althans overal verwelkomen en verzorgen. Hun persvoorlichters doen het woord en het zorgvuldig van bovenaf geregisseerde nieuwe mediabeleid doet de rest. Wie er naast de geadviseerde "tienden" nog wat extra's voor over heeft kan een abonnement nemen op het tijdschrift Onze Familie, het huisorgaan van de kerk. Daarin kan men het "woord van God", uitgesproken door de stamapostel in vele door hem gehouden diensten, nog eens nalezen. Doch let wel: op deze "woorden van God" berusten auteursrechten! Wee dus degene die er ongevraagd iets van citeert...
Verder gaat de kerkleiding ervan uit dat gemeenteleden uit liefde voor "het werk Gods" graag van tijd tot tijd ook nog een geldelijk dankoffer willen brengen. Ook is het gebruikelijk dat men bij onkosten een deel voor eigen rekening neemt. Uiteraard helpt ieder belangeloos mee bij de meest voorkomende onderhoudswerkzaamheden in of aan de kerkgebouwen. Bij bijzondere evenementen wordt steevast nog een extra offer gevraagd ter bestrijding van de kosten. Voorts is dat geval bij een kerstviering, of een uitstapje van de zondagsschoolkinderen. Wanneer er een nieuwe apostel wordt beroepen, kopen "de dienaren" uit eigen portemonnee een mooie fotolijst zodat de eregalerij van hooggeplaatsten aan de wand in de consistorie kan worden gecompleteerd. Wie betrokken is bij vertaalwerkzaamheden vraagt natuurlijk aan Sinterklaas een dikke Van Dale, Duits-Nederlands en Nederlands-Duits. "Dank u, Sinterklaasje!"
- Zijn wij nog bruikbaar?
We zijn de stomme getuigen geweest van boze daden. We zijn door de wol geverfd. Geroutineerd hebben we de kunst van het veinzen en het spreken met dubbele tong geleerd. We zijn door ervaring wantrouwend tegenover mensen geworden. Daarbij moesten we hun de waarheid en ons vrije oordeel dikwijls schuldig blijven. We zijn door ondraaglijke conflicten murw, ja misschien zelfs cynisch geworden – zijn wij nog bruikbaar? Wat we nodig zullen hebben zijn geen genieën, cynici, haatdragende personen of geslepen tactici, maar ongekunstelde, eenvoudige en oprechte mensen. Zal onze innerlijke weerstand tegen wat ons opgelegd is sterk genoeg en de oprechtheid tegen onszelf radicaal genoeg zijn gebleven om de weg tot eenvoud en oprechtheid terug te vinden?
…
Bron: Dietrich Bonhoeffer Werke (DBW) 8 (WE), 19-39
Zie tevens de op dit Forum geplaatste Open brief aan alle kerkelijke ambtsdragers d.d. 15-11-2010,
zomede het bericht door "BakEenEi" op "di 26 okt 2010, 17:00" in de thread Leegstand NAK Appartementen in Arnhem/Geloofwaardigheid van de nieuw-apostolische kerkleiding.
Klik >>HIER<< om terug te gaan.
Het WebTeam