@all
De wederwaardigheden van de laatste maanden op dit forum over organisatorische ballast waarmee broeders met bestuurlijke ambities in de Nieuw-Apostolische Kerk in Nederland het zichzelf en vele anderen enorm moeilijk hebben gemaakt hielden voor mij opnieuw een pijnlijke confrontatie in met de omstandigheden waaronder ik enkele jaren geleden de kerk "ontvluchtte". Ook toen wilde bij de kerkleiding niemand iets weten van een beklemmende situatie, terwijl ik daar vanuit mijn geloof (!) juist zeer vaak aandacht voor had gevraagd. Ik begreep niet waarom het in de praktijk van het nieuw-apostolische geloof anders moest zijn dan zoals het in de Bijbel naar voren komt in bijvoorbeeld de volgende zinsneden:
- Matteüs 11,29
Neem mijn juk op je en leer van mij, want ik ben zachtmoedig en nederig van hart. Dan zullen jullie werkelijk rust vinden,
Matteüs 11,30
want mijn juk is zacht en mijn last is licht.’
Handelingen 15,10
Waarom wilt u God dan trotseren door op de schouders van deze leerlingen een juk te leggen dat onze voorouders noch wijzelf konden dragen?
Nadat ik noodgedwongen (!) mijn lidmaatschap had opgezegd, schreef ik aan één van de bestuursleden die ik persoonlijk goed ken nog het volgende:
- Ten afscheid
Door middel van dit schrijven wil ik verduidelijken hoe het komt dat er voor mij geen andere keuze overbleef dan het lidmaatschap van onze kerk op te zeggen. Onze D.Ap. gaf in diens reactie op mijn laatste e-mail aan jou (02/05/2007 11:46) aan mijn verzoek te eerbiedigen.
Van een aantal zaken in onze kerk heb ik door de jaren heen een enorme afkeer gekregen. Wat daarbij de kroon spant is nonchalance van ambtsdragers die zichzelf hogere dienaren noemen. Nonchalance met name welke zich uit in het weglopen voor verantwoordelijkheden.
Ik ben ervan overtuigd geraakt dat de Stamapostel en de gezamenlijke Districtsapostelen handelen in strijd met het Tweede Gebod door in Vragen en Antwoorden te stellen dat de Nieuw-Apostolische Kerk dient te worden beschouwd als het opnieuw opgerichte verlossingswerk van de Heer, en dat diezelfde kerk wordt geregeerd door de Heilige Geest. Zie vraag 167 van de Nederlandse uitgave 1993.
Met dit uitgangspunt is er boven Gods akkerwerk een kunsthemel met kunstlicht aangebracht.
Op deze wijze is de nieuw-apostolische geloofsleer tot een nieuw “gouden kalf” gemaakt. Gelovigen wordt voorgehouden dat de Heilige Geest een religieuze organisatie zou kunnen bezielen, terwijl ambtsdragers worden geacht, zulks op straffe van uitsluiting, zich geheel en al aan zgn. Lehraussagen te conformeren. Hiermee worden schapen Zijner weide te grazen genomen. Bestuurders wijzen de verantwoordelijkheid af voor hun aandeel in de gestichte verwarring en zij laten slachtoffers met (blijvend) geestelijk letsel goeddeels aan hun lot over.
Dit is de kern van mijn bezwaar tegen de handelwijze van verantwoordelijken in onze kerk. Het valt mij op dat hogere dienaren, wanneer het er soms om spant, geregeld ervoor kiezen de verantwoordelijkheid voor hun handelen af te wentelen op onschuldige (goed)gelovigen. Hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan de verklaring t.a.v. de Boodschap van St.Ap. Bischoff, of recentelijk aan de verklaring van Ap. Krause in de kwestie Hamburg-Blankenese. Zie mijn e-mail 01/05/2007 22:13.
Het valt mij steeds meer op hoezeer er zich in onze kerk omstandigheden aftekenen van polarisatie, disharmonie en desintegratie. Anders gezegd, er ontstaat verdeeldheid doordat de overigens gedurig veranderende geloofsleer steeds meer dwingend wordt opgelegd; er ontstaat ongenoegen doordat er steeds minder ruimte is voor ieders spontane inbreng; en er ontstaat ontevredenheid doordat de kerkleiding zich het lot van “zwerfkinderen” niet aantrekt. Met zwerfkinderen bedoel ik kinderen Gods die het aldus aangemeten keurslijf niet paste...
Bij de aankondiging van de Leidraad Dienen en leiding geven raakte ik, zoals je weet, destijds volkomen in de war. Ik zag er geen waarborg in voor betere zielzorg, doch veeleer een poging van het internationale kerkbestuur om af te komen van het imago van een sekte. Toen die Leidraad later verscheen, bleek er niets in te staan over wat zielzorg feitelijk omvat. In datzelfde licht zie ik de op handen zijnde catechismus. Niet dat er iets tegen zou zijn op het afwerpen van dat vervelende imago, doch moet de theorie prevaleren boven de praktijk?
Ergens schreef ik: “Men heeft niet in de gaten dat wie met Zijn woord aan de haal gaat, terstond wordt verblind voor Zijn waarheid.” (...) Zie evt. http://www.nakobserver.nl/phpbb2/viewto ... ight=#8703. Ik zou willen dat hogere dienaren zich rekenschap geven van de nagalm die hun handelen meebrengt, en dan speciaal voor hen die -tegen de geloofsleer in- niet anders kunnen dan afzien van een “onbegrensd vertrouwen” in ambtsdragers van de Nieuw-Apostolische Kerk.
Amersfoort, 4 mei 2007
Op het bovenstaande schrijven kreeg ik geen antwoord. De karavaan trok verder. Zonder mij. Ik was nog wel in leven, maar nu had ik mij "nach dem neuapostolischen Glaubensverständnis" afgewend van "het levende altaar". Ik wilde de dingen zeker beter weten dan mijn "zegenaars". Wie zich zo weerbarstig opstelt, kan niet worden geholpen... Ik had tot het einde moeten volharden - maar waarin eigenlijk?
Volgens mijn moeder merkte ik als kind al eens op:
"Dat is toch een kwestie van logisch nadenken!" Inmiddels was het 40 jaar later. Ik had me suf gepiekerd over wat er in de Nieuw-Apostolische Kerk achter de schermen gaande moest zijn. Niemand vertelde je daar ooit wat over. Niemand wist immers iets! En degenen die wél wat wisten, maakten anderen niet wijzer dan het wenselijk werd geoordeeld. Het zal rond 2002 zijn geweest dat ik in een gesprek bij ons thuis tegen een priester zei:
"De hele Nieuw-Apostolische Kerk staat in de steigers. Zonder dat het is aangekondigd heeft er een enorme verbouwing plaats. Het verontrust mij." Betrokkene hoorde het "in Keulen donderen" en wist ook niet wat hij ervan moest zeggen. Echter, wat het geloof betrof, heb ik graag altijd alles willen weten en ik deed ook moeite om veel aan de weet te komen. Zodoende was mijn informatie toereikend om te weten wat ik toen vertelde. Mijn interesse had (heeft) maar één enkele reden, en die komt erop neer dat ik wil(de) zijn "in de dingen mijns Vaders". Antwoorden bleven dus uit. Mijn vragen namen alleen maar toe, tot ik in 2007 het eenrichtingverkeer in de communicatie niet langer kon verdragen. Het had zelfs niet uitgemaakt toen ik "die statische toestand" eens vergeleek met kinderen die opgroeien in een gezin, terwijl de ouders telkens alleen maar zeggen dat vragen die bij deze kinderen opkomen er (nog) niet toe doen.
Het was in de Nieuw-Apostolische Kerk (in Nederland) dus een kwestie van zwieg'n en ja-knikk'n. Daar had ik na 50 jaar apostolisch-zijn genoeg van want het maakte mij doodongelukkig. Ook dat was voor de "zegenaars" nog geen reden om de nood te lenigen. Telkens opnieuw had ik mij erover uitgesproken. Jaar-in, jaar-uit. Ik voelde als het ware een steek in het hart, steeds wanneer tijdens een openbare eredienst "de zorg van de districtsapostel" in de gemeente werd neergelegd: er zouden te weinig dienaren zijn. Dan sprak ik hierover bij een gezinsbezoek en stelde ik de vraag of de districtsapostel niet velen over het hoofd had gezien. Waren niet allen (!) een radertje in Zijn werk? Er was een afgebakende (exclusieve) "kring der dienaren", maar daar begreep ik na 50 jaar nog altijd niets van! Achteraf bezien denk ik dat als ik eens iets opmerkte het als een soort van humor, of zo, is opgevat. Het werd in elk geval níet serieus genomen. Nimmer!
Het wegwuiven, bagatelliseren van vragen en opmerkingen zoals ik er nu enkele voorbeelden van gaf, werkte bij mij als zand in de raderen. In feite kwam ik op de nieuw-apostolische geloofsweg er amper nog door vooruit. Altijd had ik het fijn gevonden om ingedeeld te zijn als organist, maar de laatste keer (het was eind april 2007) wist ik dat ik het daarna niet meer zou kunnen. Ik maakte dat nog wel kenbaar, maar tegelijkertijd wilde ik mijn vrijheid terug! Niet langer wilde ik ingekapseld zijn in een beklemmend menselijk denksysteem met per saldo alleen maar eenrichtingverkeer in de communicatie.
Van wie de Nieuw-Apostolische Kerk verlaat wordt doorgaans aangenomen dat het dan met iemands geloof nog slechts bergafwaarts kan gaan. Men zou "de Bron van het Leven" hebben verlaten, men zou de genade niet meer deelachtig zijn, enzovoort. Welnu, zo is het werkelijk niet!! Het omgekeerde bleek het geval te zijn!! Wie namelijk ontsnapt aan een soort van gevangenschap waarbij de liefde Gods wordt onderdrukt, kan daarna (eindelijk) opgelucht ademhalen!! Nu het in de tussentijd duidelijk is geworden wat er achter de schermen bij het internationale kerkbestuur voortdurend gaande moet zijn geweest (de schriftgeleerdheid is er opnieuw uitgevonden), ben ik blij geen lijdend voorwerp meer te hoeven zijn. De bestuurlijke problemen die zich in Nederland in alle hevigheid nu manifesteren, verwonderen mij evenmin.
In de achterliggende drie jaar heb ik telkens weer met "hogere verantwoordelijke leidinggevenden" contact gezocht om aan te geven dat het met verschillende zaken niet goed uitpakt; zuiver omdat ik begaan ben met vrienden, bekenden en familie in de Nieuw-Apostolische Kerk over wie ik mij zorgen maak. In plaatselijke kerkgemeenten kan het nog wel aangenaam toeven zijn, maar wie in Europees verband de ontwikkelingen volgt kan via het Internet snel ontdekken dat de kerkleiding nogal doorgeschoten is in haar taakopvatting - en dan druk ik mij héél voorzichtig uit. (Districts)apostelen gedragen zich en maken overal hun opwachting alsof men in diplomatieke dienst een hoge vertegenwoordiger is van de Verenigde Naties. Alles wisselt op hun wenken. Mij werd door één van hen voorgehouden dat ik mij nu van het "werk Gods" heb gedistantieerd. Het was districtsapostel Brinkmann die mij dit te verstaan gaf. Op een brandende vraag die ik hem had gesteld, wordt echter niet geantwoord.
To the point:
laat u niet misleiden!
Groet,
BakEenEi