[Bijgewerkt: 15.00 uur]
@all
Toen ik deze week bij Glaubenskultur-Magazine tussen de ingezonden reacties een bericht tegenkwam waarin een lezer o.a. had opgemerkt
"In unserer Gemeinde fehlt mir schon seit sehr langer Zeit die Liebe, die Christus immer gepredigt hat", liet mij die mededeling niet onberoerd. Alles in een kerkgemeente kan wel "zo z'n gangetje gaan", maar waar is het in Zijn werk nu toch feitelijk om begonnen?! Zijn dat statuten, is dat het ondernemingsplan, het bedrijfsreglement; de eerbiediging van opgelegde gezagsverhoudingen? Als je zoals ik een poosje "in de keuken van de kerk" werkzaam bent geweest, krijg je op dergelijke zaken een íets meer genuanceerde kijk dan op afstand vanuit de periferie in de organisatie. Voordien had ik een baan als consulent in de schuldhulpverlening. Dat was toen een heel verschil met het werk op een accountantsbureau, wat ik eerder deed. Nu ontmoette ik juist mensen die een accountant absoluut niet konden betalen, met soms alle gevolgen van dien. Maar het kwam óók voor dat personen zich meldden op een spreekuur met in feite de simpele boodschap: ik heb een probleem en jij lost dat maar even keurig netjes op! Of het gebeurde dat iemand een draagtas vol ongeopende enveloppen over mijn bureau leeg kieperde. Meestal beperkte ik mij in eerste instantie tot de enveloppen waarvan de inhoud er vermoedelijk onmiddellijk toe deed. Zo is het wel voorgekomen dat een woningontruiming een halfuur van tevoren nog moest worden uitgesteld.
Waar het mij nu om gaat is echter: hoe gaat de nieuw-apostolische kerkleiding om met hulpvragen? Welke hulpvragen acht men relevant en welke (ten onrechte) mogelijk níet?
Doet het ons wat als iemand schrijft
"In unserer Gemeinde fehlt mir schon seit sehr langer Zeit die Liebe, die Christus immer gepredigt hat", of is dan wellicht de eerste gedachte: o, dat is "een zaak voor de dienaren"!
Uit de tijd dat ik in de schuldhulpverlening werkzaam was zijn mij heel wat gebeurtenissen bijgebleven. Doordat het een regionale functie betrof, leerde ik in diverse gemeenten de "sociale kaart" kennen en viel het mij op hoe ongelijk het begrip "zorgplicht" kon worden opgevat. Nooit heb ik het als "nogal wiedes" ervaren dat ik nu juist aan de ene kant van de tafel of het bureau zat en anderen tegenover mij. Hoe "maakbaar" is immers vanaf dag 1 ons leven? Ik kreeg bewondering voor maatschappelijk werkenden die soms
hét verschil wisten te maken voor "naasten met een hulpvraag". Of óók ik kreeg de schrik van mijn leven doordat een hulpvraag zich opeens niet meer liet beantwoorden. De zelfkant van de samenleving diende zich aan: fraude, drugsgebruik, prostitutie, brandstichting, kindermishandeling. Nu en dan trof ik bekenden (uit mijn kerk).
In meerdere berichten op dit Forum wees ik er op dat er onderscheid valt te maken tussen zielzorg en maatschappelijk werk. Ik vind trouwens dat in de Nieuw-Apostolische Kerk velen (!) er blijk van geven zowat geen flauw begrip ervan te hebben wat zielzorg namens de Allerhoogste onderscheidt van ál het overige. (...) Bij zielzorg begint het bij de Liefde van God. Daar blíjft het ook bij! En ondertussen geldt het onderstaande:
- Want ik verzeker jullie: vele profeten en rechtvaardigen hebben ernaar verlangd te zien wat jullie zien, maar ze kregen het niet te zien, en te horen wat jullie horen, maar ze kregen het niet te horen.
Uit: Matteüs 13: 17 (NBV)
Welnu, de vruchten hiervan zijn niet te vinden in een catechismus waarin het evangelie van Jezus Christus handig werd weggemoffeld. De samenstellers wilden alleen maar hun eigen ingebeelde gezag veiligstellen!!
Een keer of vier, vijf, vroeg ik aan "dienaren" om zielzorg (!) voor een naaste omdat het juist daarop aankwam. Evenzovele keren had men er geen oren naar, zelfs niet wanneer ik mijn vraag meer dan eens herhaalde.
- Leg uw last op de HEER
en hij zal u steunen,
nooit zal hij dulden
dat een rechtvaardige ten val komt.
Uit: Psalm 55 (NBV)
Maar hij antwoordde: ‘Ik zeg u: als zij zouden zwijgen, dan zouden de stenen het uitschreeuwen.’
Uit: Lucas 19: 40 (NBV)
[1] Houd de onderlinge liefde in stand [2] en houd de gastvrijheid in ere, want zo hebben sommigen zonder het te weten engelen ontvangen. [3] Bekommer u om de gevangenen alsof u samen met hen gevangen zat, en om de mishandelden als om mensen die net zo’n lichaam hebben als u.
Uit: Hebreeën 13 (NBV)
Ik had nooit gedacht dat in de Nieuw-Apostolische Kerk de situatie zich kon voordoen dat je bij broeders met een geestelijke bediening vergeefs aanklopt terwijl het gaat om zielzorg. En wat ik al helemáál zou hebben uitgesloten is, dat wanneer je een klemmend daartoe strekkend verzoek herhaalt, er opnieuw nul op het rekest wordt gegeven. Men weigerde eenvoudig om verantwoordelijkheid te nemen! In de gevallen waarbij ik dit onder ogen moest zien, betrof het onder de "zegenaars" bepaald niet de eersten de besten, althans "nach dem neuapostolischen Glaubensverständnis". (...) Daarom: een zegenaar is iemand door wie je bént gezegend!
Deze en andere ervaringen welke in de Nieuw-Apostolische Kerk onverhoopt op mijn weg kwamen, gaven mij zeer te denken. Wat is er nu nodig voor zielzorg, zo vroeg ik mij af. Heel veel níet, was uiteindelijk mijn slotsom; daarbij inbegrepen de organisatie zoals die in de geciviliseerde wereld om zich heen kan grijpen rondom een geloofsgemeenschap die wellicht te boek staat als een Algemeen Nut Beogende Instelling (ANBI).
Groet,
BakEenEi